Twee stevige stikstofadviezen: Remkes en Hordijk

In juni 2020 hebben het Adviescollege Remkes en het Adviescollege Hordijk allebei een stevig stikstofadvies uitgebracht. Terwijl het Adviescollege Remkes concludeert dat de voorgestelde structurele aanpak stikstof niet toereikend is, concludeert het Adviescollege Hordijk dat het rekenmodel AERIUS Calculator niet doelgeschikt is.

Het Adviescollege Remkes

Algemeen

Op 25 september 2019 heeft het Adviescollege stikstofproblematiek Remkes het advies ‘Niet alles kan’ uitgebracht. Daarin concludeerde het Adviescollege Remkes onder andere dat de stikstofdepositie substantieel omlaag moet.

Deze conclusie herhaalt het Adviescollege Remkes in het advies ‘Niet alles kan overal’ van 8 juni 2020. In dit advies formuleert het Adviescollege Remkes de hoofddoelstelling als volgt:

“een geloofwaardige, integrale en gewaarborgde programmatische aanpak die leidt tot het realiseren van de natuurdoelstellingen waaraan Nederland zich heeft gecommitteerd en die tevens onderdeel zijn van Europese afspraken.”

Het Adviescollege Remkes adviseert daarom het Programma Nationale Natuurdoelstellingen. Dit programma brengt twee hoofdopgaven met zich mee: een natuuraanpak en een stikstofaanpak.

Natuuraanpak

De eerste hoofdopgave is de natuuraanpak. Deze aanpak is erop gericht een landelijk gunstige staat van instandhouding te bereiken en de kwaliteit van de aangewezen Natura 2000-gebieden te versterken. Dit kan door herstel- en beheermaatregelen uit te voeren en hydrologische condities aan te passen (naast bronmaatregelen vanuit de stikstofaanpak).

Onder de natuuraanpak kan verder worden bezien of er aanvullend ecologisch waardevolle gebieden kunnen worden ontwikkeld die niet tot de Europese verplichtingen worden gerekend, maar die wel passen bij de unieke Nederlandse natuur en die de robuustheid en vitaliteit van de biodiversiteit in Nederland kunnen versterken.

Stikstofaanpak

De tweede hoofdopgave is de stikstofaanpak. Deze aanpak is gericht op het verminderen van de stikstofemissies en de daarmee samenhangende stikstofdepositie. De stikstofdepositie moet in (stikstofgevoelige) Natura 2000-gebieden in iedere geval tot onder de kritische depositiewaarde worden gebracht. Niet alleen de NH3-emissies (in vooral de landbouw), maar ook de NOx-emissies (in de luchtvaart, mobiliteit, industrie, bouw en energiebedrijven) moeten omlaag.

Voor de NH3-emissies adviseert het Adviescollege Remkes een nationale doelstelling: de binnenlandse NH3-emissies moeten in 2030 minimaal 50% dalen ten opzichte van 2019. Het Rijk zal deze doelstelling vertalen naar een opgave per provincie. De provincies moeten de doelstelling via gebiedspecifiek maatwerk vertalen naar doelstellingen voor Natura 2000-gebieden. Zo moet de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden tot onder de kritische depositiewaarde worden gebracht.

Het Adviescollege Remkes adviseert de volgende vijf ‘samenhangende oplossingsrichtingen’ (de 5 M’s):

  1. mineralen in balans
  2. moderniseren mestbeleid
  3. maatwerk in ruimtelijke inrichting
  4. minimaliseren lokale natuurbelasting
  5. meten is beter weten.

Een instrumentarium hiervoor is de ‘afrekenbare stoffenbalans’: sturen op het verschil tussen wat er via de inputs (bemesting, diervoeding) aan stikstof ingaat en wat er via de outputs (nuttige producten met marktwaarde) uitkomt.

Ook voor de NOx-emissies adviseert het Adviescollege Remkes een nationale doelstelling: de binnenlandse NOx-emissies moeten in 2030 minimaal 50% dalen ten opzichte van 2019. De aanpak van NOx-emissies geldt voor de luchtvaart, mobiliteit, industrie, bouw en energiebedrijven.

Gebiedspecifiek maatwerk

Provincies moeten vanuit de nationale aanpak gebiedspecifiek maatwerk toepassen. Dit maatwerk start met een ecologische beoordeling en het vaststellen van de reductie-opgave voor stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden. Vervolgens moeten de provincies (natuur)herstelprogramma’s vaststellen. In die programma’s staan natuurherstelmaatregelen en maatregelen gericht op het verminderen van gebiedspecifieke emissies.

Juridische borging

Het Adviescollege Remkes adviseert om de doelstellingen – met bijbehorende monitoring en bijsturing – in de Wet natuurbescherming vast te leggen.

Het Adviescollege Hordijk

Op 15 juni 2020 heeft het Adviescollege Hordijk (het Adviescollege Meten en Berekenen Stikstof) het advies ‘Meer meten, robuuster rekenen’ uitgebracht.

In dit advies concludeert het Adviescollege Hordijk dat het rekenmodel AERIUS Calculator niet doelgeschikt is. Er is namelijk sprake van een onbalans tussen het detail dat het stikstofbeleid vraagt en de mate van wetenschappelijke onzekerheid in het berekenen van stikstofdepositie op een klein oppervlak. Daarnaast is er sprake van een ongelijke behandeling van verschillende sectoren door het gebruik van verschillende modellen bij vergunningverlening. Bovendien geldt er voor wegen een afkapgrens van 5 km, terwijl die voor bijvoorbeeld stallen niet bestaat.

Daarom beveelt het Adviescollege Hordijk aan om de gelijkwaardigheid, transparantie en robuustheid van AERIUS te vergroten. Dit zou onder andere gedaan moeten worden door voor verkeer en landbouw hetzelfde model te gebruiken. Ook beveelt het Adviescollege Hordijk aan om de depositie niet op een hexagoon te berekenen, maar op een cluster van hexagonen, ingedeeld naar habitattype. Hierbij moet wel een afstandscriterium in acht worden genomen.

Verder zullen de modellen moeten worden verbeterd en zullen de metingen moeten worden uitgebreid (bijvoorbeeld met satellietmetingen).

Slot

Er zijn dus twee stevige stikstofadviezen uitgebracht. Het is nu de vraag wat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hier al dan niet mee gaat doen.

Franca Damen, advocaat Damen Legal